Afscheid

Dire bonjour, c’est toujours un peu mourir.

Afscheid voor het huis, van het huis. Madame Lignon komt naar buiten. “C’est votre mari qui joue du saxophone?”, vraag ik. “Oui, madame”, en daar komt buurman al. “Merci pour votre jeu du saxophone”, zeg ik, “il me manquera” – ik zal het missen.
O, maar dat hoeft toch helemaal niet, en le voisin, hij tovert een CD uit zijn jas: “Ik heb een CD gemaakt, met mijn zoon op accordeon”. Voor een vriendenprijsje volgens monsieur André, is die voor mij. De hele terugweg geniet ik van de ronde, weemoedige tonen van zijn instrument.

Ik rijd voor de laatste keer naar Vézelay, de berg op, de steile Rue St. Etienne door tot op het plein voor de kerk, en stop bij het Atelier van La Maison de l’Icône. Anne-Marie, Catharina en een nieuwe stagiaire, de Belgische Lieve, zijn aan het werk.
Mijn komst luidt een pauze in met koffie en koek, een laatste foto, spreken in Duits, Frans, Nederlands en met de handen.
“Bonjour”, “Au revoir”, “Merci pour tout”, een knuffel, een kus, handen geschud, in de ogen gekeken.

“Je viens avec toi, ici, dans toi”, zegt Anne-Marie, ik ga met je mee en ben bij je. Haar gebaren laten me voelen dat dat zo is.
Dank je wel, Anne-Marie.