Mijn paraplu

Hoe kleine onbeduidende gebeurtenissen een dag een gouden randje kunnen geven: woensdagmiddag was ik ook nog even naar de boekhandel van de zusters geweest. Net daarvoor had het geregend en had ik mijn paraplu tussen het handvat van mijn fototoestel gestoken. Toen ik uit de winkel kwam –waar de zuster heel gezellig weer praatte en giechelde – bemerkte ik op het terras achter de basiliek dat mijn plu verdwenen was. Ik vermoedde dat hij in de winkel was achtergebleven. Ik terug, maar la soeur had niets gevonden. Toen bedacht ze ineens, en ze had er ontzettend veel schik in: als je hem maar niet in La Cordelle hebt laten liggen! O nee, dat zou een eind afdalen en weer opklimmen zijn. In de Vival, de supermarkt had ik hem nog. Ze zou in ieder geval opletten. Toen ik ’s avonds in de mis aanschoof, kwam ze direct naar me toe: met de plu! “Il était à l’extérieur”, vertrouwde ze me toe (hij lag buiten!). Ik bedankte haar vriendelijk. In het verloop van de dienst kwam ze me regelmatig in het boekje aanwijzen waar ik kon vinden wat er gezongen werd. Of ze iets goed te maken had? Het zou kunnen. Vorige week had deze zuster mij zelf Maison St. Bernard aangeraden, en nu vroeg ze toen ik bij de kassa kwam: “Uit welk land komt u?”, waaruit ik vermoedde dat ze me niet meer herkende. Toen ik vertelde dat ik nu in het gastenverblijf was, ging er wat dagen, leek het. Al met al een dagelijkse gebeurtenis die toch mijn dag goud gaf.